Demetrio Schintu Quartet

1-08-2024

​Het Quartet, die bestaat uit Demetrio Schintu – vibrafoon, Zalán Berta – elektrische bas, Jonathan Sofokleous Thompson – drums en Aarón Diaz Montalva – piano, speelt naast originele muziek van de bandleider Demetrio ook repertoire afkomstig uit de jazzstandaardtraditie met hun eigen kijk op arrangementen, improvisatie en geluidsconcepten, zoals van Chick Corea, Vince Mendoza, Kenny Wheeler en andere belangrijke namen uit de jazzwereld.

In het interview hierna met Demetrio Schintu vertelt hij over de band, zijn studie, toekomstplannen en hoe dit concert past in zijn studie aan het Koninklijk Conservatorium Den Haag.

1. Wat voor soort band is Demetrio Schintu Quartet?
Het is een band die is gebaseerd op de twee belangrijke elementen van toen en nu. Als je nadenkt over het repertoire, de stijl en het genre dat we spelen, is er altijd een verbinding tussen de historische, traditionele kant van jazzmuziek en de meer nieuwe, originele elementen, die we proberen zoveel mogelijk aan te sluiten bij de hedendaagse perceptie van deze muziek.

2. Wie zijn de bandleden en wat spelen ze?
Ze zijn ex- of huidige studenten aan het Koninklijk Conservatorium, maar ze wonen allemaal in Nederland. We hebben Demetrio Schintu op vibrafoon, Aarón Diaz Montalva op piano, Zalán Berta op elektrische bas en Jonathan Thompson op drums.

3. Hoe heb je de bandleden ontmoet?
Het was een evoluerend proces. In het begin ontstond het idee voor de band door te werken aan originele stukken van Demetrio en onze vorige pianist, Hae-Yeon Jang, en we kwamen overeen om een klein project te starten na een ritmesectie- les, met de bassist Zalán en drummer Jonathan, met wie we samen les hadden. Daarna verliet Hae-Yeon de band om zich te concentreren op haar studie en tijdens een concert stelde Jonathan mij de huidige pianist Aarón voor en stelde voor om de band met hem uit te proberen.

4. Waarom de naam Demetrio Schintu Quartet?
Hier is het antwoord vrij eenvoudig. Ik was nooit een fan van het koste wat kost proberen en bedenken van een originele bandnaam, met als mogelijk resultaat maandenlang bezig zijn met het bedenken van een slechte en geforceerde naam. Dus, tenzij de situatie zou zijn dat er meteen een prachtige en perfecte naam opkomt, of voordat de band begint, vind ik het veel natuurlijker en veiliger om gewoon de naam van de leider in de bandtitel op te nemen. De figuur van de leider is immers nodig, niet om heftig te slaan en te dirigeren, maar om het initiatief te nemen en de band te “leiden” en aan te drijven.

5. Hoe houd je contact met het publiek tijdens het concert?
Niet alleen door te kijken naar de reacties van de mensen terwijl de muziek speelt, maar ook door verschillende muzikale elementen te betrekken die het meest herkenbaar zijn, zelfs voor een niet-muzikantenpubliek. Deze zijn voornamelijk gebaseerd op contrast; hard/zacht, snel/langzaam, complex/gemakkelijk, met tempo/vrij, melodieus/gefragmenteerd, enzovoort.

6. Hoe heb je jazzmuziek leren kennen?
Toen ik ongeveer 18 jaar oud was. Op dat moment volgde ik mijn pre-academische cursus klassieke percussie in Italië, en op de een of andere manier kreeg ik geleidelijk meer en meer hints, en nam ik deel aan de jazzwereld: de muziek van Pat Metheny die mijn vader deelde, het spel van Gary Burton van mijn conservatoriumcollega’s, samen met het vibrafooninstrument… Ik kan niet zeggen hoe, of hoe lang, maar langzaam begon ik steeds meer te willen weten over deze wereld, en ik begon zelfs alle elementen zelf te mixen (samples van Pat Metheny-muziek opnemen op vibrafoon, en andere even experimentele en mislukte pogingen).

7. Hoe heb je ervoor gekozen om te studeren aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag?
Verdergaand op de vorige vraag, na twee jaar dat ik steeds dichter bij het jazzbestaan kwam, toen ik in 2019 begon met de bachelor klassieke percussie in Italië, realiseerde ik me, gedurende de loop van de 3 jaar, dat ik in feite alleen vibrafoon en alleen jazz beoefende. Dit is de reden waarom ik tegen het einde van mijn bacheloropleiding op zoek ging naar een gelegenheid om me te focussen en me eindelijk te verdiepen in dit genre. Nederland (en specifiek Den Haag), met de perfecte mix van traditie en toekomst, een actieve muziekscene en een heel mooi beeld van mijn mogelijke toekomstige school en leraar na mijn eerste bezoek, bleek de beste keuze.

8. Wie inspireert je?
Ik voel me altijd geïnspireerd, niet alleen door jazzfiguren en -artiesten, spelers en componisten, van vroeger en nu (Pat Metheny, Joel Ross, Chick Corea, Herbie Hancock, etc.), maar ook door identiteiten uit het klassieke en traditionele repertoire (Béla Bartók, Igor Stravinsky, Olivier Messiaen, etc.). Over het algemeen heb ik altijd bewondering gehad voor die artiesten, die een sterke identiteit konden hebben en tegelijkertijd in staat waren om verbinding te maken met elk tijdperk en publiek waarmee ze te maken kregen, waardoor deze dualiteit glashelder werd in hun composities.

9. Wat zijn je toekomstplannen?
Op dit moment is mijn plan om me te richten op mijn huidige masteropleiding jazzvibrafoon aan het Koninklijk Conservatorium, prioriteit te geven aan mijn onderzoeksplan en te proberen altijd te streven naar het volgende niveau, zowel met mijn instrument als met mijn creatieve en carrièredoelen, zoals componeren en groeien met mijn band.

10. Hoe past dit concert in je studie aan het Koninklijk Conservatorium?
Het is een hele mooie gelegenheid die PJPJ biedt, vooral omdat iedereen die op het Conservatorium studeert de mogelijkheid heeft om zich aan te melden, en voor mij is het een extra kans om mijn hoofdproject te laten zien en om te delen wat ik doe aan telkens een ander publiek. Kortom, het past heel goed bij mijn studie!